Verdedigen tegen mat: tussenschaak

Verdedigen met een tegenaanval heb je eerder al geleerd. Maar wat heb je aan een tegenaanval als je daarna mat staat?

Je tegenstander vindt het echt niet erg om een dame of toren te verliezen. Want hij wint daarna de partij. Mat zetten is belangrijker dan wie de meeste punten heeft.

Toch kun je soms met tegenaanval mat voorkomen. Je doet dan een tegenaanval op de koning: schaak! Dit heet een tussenschaak.

De ander heeft geen tijd om mat te zetten, want hij moet eerst het schaak opheffen. Na zijn zet kan de stelling er anders uitzien. Soms kun je zo toch nog ontsnappen aan mat.

In de voorbeelden ziet het er steeds slecht uit voor wit. Het lijkt alsof hij zich niet kan verdedigen. Maar na een tussenschaak lukt het wel!

Bekijk voorbeeld 1. Na een tussenschaak kan wit het matveld dekken.

Voorbeeld 2 is net even anders. Wit bedenkt een heel slim tussenschaak. Daarna kan hij verdedigen door slaan.

In voorbeeld 3 kan wit na een tussenschaak verdedigen door tussenplaatsen.

Als laatste kijken we naar voorbeeld 4. Schrik niet, dit is best een moeilijk voorbeeld. Maar wel een heel leuke! Bekijk hem maar, dan kun je het zelf zien. Cool hè?

Het is best lastig om zulke trucs zelf te verzinnen. Daarom gaan we nu oefenen met tussenschaak. Als het je op deze manier lukt om aan mat te ontsnappen, is dat geweldig!

Wat moet je doen?
Verdedig tegen mat door eerst schaak te geven en daarna te slaan, te dekken, tussen te plaatsen of weg te gaan.